Het boek over Vishnu

12,50

Vishnu is in het hindoeïsme een van de belangrijkste goden in de goddelijke hiërarchie, naast Brahma, de schepper, en Shiva, de vernietiger. Vishnu houdt de schepping in stand en bewaakt het evenwicht tussen goed en kwaad. Wordt deze verstoord en dreigt er chaos, dan daalt Vishnu naar de aarde af om de orde te herstellen. Hij komt telkens in een (andere) gedaante (avatara of incarnatie) die op dat moment het meest geschikt is om de chaos te herstellen. In een populaire interpretatie heeft Vishnu tien incarnaties waarvan er twee (Rama en Krishna) de ‘hoofdrol’ spelen in de twee grote Indiase heldendichten: de Ramayana en de Mahabharata.